Be

Triggered.

Check this out

Ik doe wat ik doe.Toen ik mij begin 2011 bekeerde tot het ondernemerschap leerde ik andere ondernemers en zzp’ers kennen die de hele dag met van alles bezig waren. De reden erachter? Nou, ja, weet je.Nee, weet ik niet zei ik dan, terwijl ik aan mijn water voelde dat ik het in de prestige-hoek moest zoeken.Ze hadden product-ideeën en nieuwe diensten die ze vermarkten. Waar het op neerkwam: consultancy (ja, waarin?), iets met grafisch en it aangevuld met copywriting. Hopend dat er een stukje markt was weggelegd voor hun.Als ik vervolgens diezelfde zzp’er of start-upper jaren later weer tegenkom, ‘’nee’’, al weglachend, ‘’geen zin meer in’’, terwijl ze hun pilsje op het Vrijthof leegdrinken en bedoelen ‘’niet gelukt’’. LinkedIn-profielen verraden dat ze braaf terug in loondienst zijn.Vragen als wat wil je nou echt, en, waar gaat je hart nou echt sneller van kloppen worden beantwoord met twijfelachtige blikken.Dat gevoel zat ook verstopt in mijn lijf. Ik wist al ver voor mijn beoogd Havo-examen -dat uiteindelijk een MAVO-examen werd- niet wat ik ermee moest doen, laat staan na mijn diploma-uitreiking. Waar je tot dusver enkel verveeld bent door wiskundige formules en geschiedenis-lessen waarvan hooguit 10% op waarheid berust, daarmee een vervolgopleiding moeten kiezen uit studiegidsen en open-dagen. Werkelijk waar.

 

Volg je passie. ’HUHUH’.

Was het maar zo gemakkelijk. Als je niet weet wat die passie is of hoe die heet, wat moet je dan volgen? 
Passie is niet iets dat je volgt. Passie is iets dat aan jou begint te trekken als je iets doet wat je leuk vindt. Iets doet waarvan de tril-functie onder in je maag volop aanslaat. Iets dat je lichaam in beweging brengt alvorens je mind het goed en wel in de gaten heeft.

Laat je leiden door je nieuwsgierigheid. Dat is de boodschapper van je passie en daarmee kan je aan de slag.

Zomer 2016, het Californische Santa-Cruz is het strijdtoneel voor mijn trainers-diploma. De goeroe van dienst riep almaar: “De gelukkigste en meest succesvolle mensen die ik ken, houden niet alleen van wat ze doen, nee, ze zijn geobsedeerd door het oplossen van een belangrijk probleem, iets dat belangrijk voor hen is. Ze doen me denken aan de meest competitieve atleten: ogen die ineens glazig worden met daarin een twinkeling, een uitgeschakeld brein waardoor zich nog maar 1 weg aftekent: die naar de eindstreep, het wapperend zwart-wit geblokte vlaggetje, confetti, vlammenwerpers, fotografen en microfoons.
Alles omverwerpend en nietsontziend dwars door alles heen wat in de weg staat. Het gaat niet over jezelf pushen. Het gaat niet om die ‘line’ zo snel mogelijk -liefst nog als eerste- te crossen, het gaat om hetgeen jou raakt.

Ik ben zelf atleet geweest, geen topper, en ik kon en ken nog steeds maar al te veel mensen die zich wapenen met racefiets, hardloopschoenen of een tennisracket om daarmee binnen-, en buitenlandse competities te gaan bestormen. Of je je eigen nou op die fietst het lazarus trapt, iedere week de bespanning van je racket naar zijn grootje helpt of 3 paar Nike’s per seizoen er doorheen jast, er komt een moment dat je systeem zegt, nou ben ik er wel klaar mee. Het is klote weer, het is te ver weg, het is te dit, het is te dat.

Om telkens weer die trigger van die ‘line’ te vinden, moet je jezelf drie vragen stellen. Wat zijn je sterke punten, wat zijn je interesses en wat is je doel.

Eerst maar eens die sterke punten, je moves, zoals een Messi of een Ronaldo een move heeft. Een kwaliteit die fungeert als zijn kenmerk, die hij laat zien als alle camera’s op hem gericht zijn en hij in topvorm op een WK schittert.

Schrijf ze op, al die momenten waarop jij op je allerbest was. Waarop jij je allerbeste jij liet zien. Was je heel creatief, vriendelijk of sociaal? Hield je overzicht? Was je onpartijdig en diplomatiek?

Als je weet wat je oerkrachten zijn, duik dan in de volgende vraag. Waarin ben ik echt geïnteresseerd. Wat houdt mij bezig, wat maakt mij gelukkig, wat vind ik leuk om steeds weer te doen.

Wat ik het liefste deed toen ik tien jaar was vroeg mijn coach mij jaren later. Rond je tiende levensjaar is nou zo’n moment waarop je nog net niet beïnvloed bent door schoolcijfers, bemoeizuchtige ouders, naar kerstrapport vragende oma’s, gefrustreerde docenten (die duidelijk zichtbaar het spoor naar hun passie bijster zijn) en keuzes van vriendjes en vriendinnetjes.

Het is een immer opduikende vraag die ik al jaren aan cliënten stel.

1996, Elsloo, ik zat al verschillende jaren in het zadel van mijn racefiets waarop ik besluit om een studie fysiotherapie te gaan doen. Waarom? Nou gewoon. Omdat ik wielrenner was en daardoor later ook in de wielrennerij werkzaam wilde blijven. Ik zat niet echt succesvol in dat zadel, net zomin als dat ik dat was tijdens mijn middelbare schoolperiode en de daaropvolgende opleidingen.
Een logischer verklaring van die fysio-move: in hetzelfde jaar kende de militaire dienstplicht voor het laatst een verplicht karakter, dus ja, dan ontspring je de dans met een studie.
Maak een lijstje van de dingen die je leuk vond als tienjarige. Kijk wat nog steeds bij je resoneert, en misschien moet je voor een paar van je voorliefdes een nieuwe versie vinden. Ik bedoel, met autootjes spelen, ja, leuk, maar misschien betekende dat iets anders voor je. Bij mij voedde het mijn fantasie. Ik tekende met viltstiften op een grote houten plaat een heus wegennet uit, aangevuld met een dorp, bos en een water. Plaat lag op mijn slaapkamervloer, en ik becommentarieerde luidop alle verkeersbewegingen van de dorpelingen waarvan ikzelf ook deel uitmaakte, uiteraard met het duurste model uit mijn collectie op de oprijlaan. Ook het plaatselijk transportbedrijf ontbrak niet, dat zat wegens de vorm van de parking in een van de hoeken.
Jaren later word ik transportplanner.
Ik heb best geworsteld met die banen. Het werk beviel zeer goed, de sfeer werd steeds minder. Het hebben van een eigen mening -ze hadden er tijdens de aannamegesprekken niks over gezegd- is op veel plaatsen niet toegestaan, het uitspreken ervan levert schriftelijke waarschuwingen op. Bekijk het lekker met je dossier-opbouw dacht ik: ik word zelfstandige.
Plannen blijf ik doen, het oplossen van puzzels boeit me en gaat me almaar makkelijker af. En daar ik mijn mannetje weet te staan wordt buiten de lijntjes kleuren eerder gewaardeerd dan de kop ingedrukt. ‘’Stand your ground’’. Binnen no-time werken er meerdere mensen voor me en trek ik klanten met een soort van magnetisme.

Waar ik nog veel later achter kom; als ik via een voorlichtingsmiddag lucht krijg van persoonlijke ontwikkeling en bewustzijn. Na vijf minuten is het mijn intuïtie die me 3 uur later zonder enige twijfel inschrijft voor een NLP-opleiding. Geld en ruimte? Nee, ik was al verblind door de wereld die zich daar voor me opende. Daar lagen antwoorden en oplossingen voor mijn toekomst. Daar sloeg ter plekke iets op tilt dat ook nooit meer af zal slaan. Ertoe in staat zijn om de problemen in jezelf oplossen. Durven afdalen aan een touw de diepte in naar je kern en daar met pikhouweel beginnen weg te slaan wat er niet meer thuishoort. Confronterend en bevrijdend tegelijk.

Dé vraag om achter je interesses te komen: ‘Wat doet je eten vergeten?’.

Dat is nogal wat, als wielrenner draai ik er aardig wat calorietjes doorheen en schreeuwt mijn lichaam voortdurend om nieuwe. Als ik met opstellingswerk bezig ben, een van de verdiepingsmethodes die ik toepas, zit ik een flow, ben ik gefocust op het proces, de deelnemers, en niemand die me daaruit kan halen. Al slaat buiten een atoombom in, jammer, kan me geen barst schelen. Door.

Mijn buurman op een eerder woonadres vertelde me dat hij in zijn jonge jaren graag oude brommers sloopte en weer in elkaar zette, later werden dat auto’s. Werd autopoetser bij de lokale Ford-dealer kwam via MTS en HTS, monteur, verkoper en filiaalleider terecht op de hoogste functie in datzelfde bedrijf met alle aandelen van dien. Datzelfde onderbuikgevoel uit zijn jeugd voelt hij keer op keer als hij de jongens in de werkplaats tijdens pauzes bij kletst over de laatste ontwikkelingen. Van en naar het werk gaat uiteraard plankgas.

Zo rond mijn 26e woonde ik samen met een meisje, ze was kassabediende bij een groot tankstation. In haar vrije tijd bij de vrijwillige politie, maar ook daarbuiten gefascineerd door de sterke arm der wet. Ik herinner me dat ik haar op weg naar een van onze vakantiebestemmingen een vakantiecadeautje gaf: De Heineken-ontvoering. Haar eerste reactie: ‘’alweer een boek’’, de tweede: niets behalve stilte. 5 dagen niet meer aanspreekbaar geweest…zo geboeid door alles om en rond het blauw dat vergeefse pogingen deed om Holleeder en co in de kraag te vatten, waarop ik opperde dat juist zij full-time agente moest worden. Zij keek me raar aan, dacht iets te hard ‘’waar bemoei jij je mee’’, ging rustig verder met haar boek en je raadt het al. Een jaar later startte ze met de politie-opleiding, Ik zie haar nog regelmatig -al dan niet met toeters en bellen- voorbij rijden. Ze is een zeer gewaardeerd collega naar ik vernomen heb.

Wat die flow of onderdompeling ook is, kijk dus niet echt letterlijk naar wat je deed, maar naar de emotie, de drive die daarachter verborgen ligt. Het trucje: emoties kun je makkelijk elders toepassen.

Okay, je superpowers, Ja.
Je natuurlijke interesses, Ja je affiniteit, Ja.

Dan nu de clou. En voor het antwoord op die vraag moet je verder kijken dan jezelf en jezelf de vraag stellen: hoe kan ik bijdragen aan iets dat groter is dan mijzelf. Hoe zou ik de wereld willen veranderen. Welke shit kan ik helpen oplossen. Hoe kan ik anderen van dienst zijn.

Natuurlijk, even pas op de plaats. We heten niet allemaal Nelson Mandela, Richard Branson of Moeder Theresa. Je hoeft je ook niet direct op te werpen als wereldverbeteraar, zoals jezelf vastlijmen aan de A12, gewapend met prikstok en afvalzak de bermen (van bijvoorbeeld diezelfde A12) op zaterdag te lijf te gaan of de centjes uit je spaarvarken ten prooi laten vallen aan een roofdier waarvan je never-de-nooit weet of ie het ook weer afstaat.
Dat hogere doel manifesteer je in jouw context. Maak daarom je vraag passend.
‘Als ik vandaag niet naar mijn werk ga, klapt dan de boel in elkaar? En mocht dat gebeuren, wat is dat dan? Want dat is dan jouw bijdrage. Zo maak jij het verschil. En dat mooie idee van mij. Als ik morgen als zzp’er of ondernemer zou stoppen, is er dan iemand die dat mist?

Heb je ze alle drie? Je sterke punten, je interesses en je doel?
Combineer die drie ingrediënten en je recept is compleet. Je formule…

Hoe kan ik mijn sterkte punten toepassen binnen een streven dat mij van oudsher interesseert en waarbij ik anderen kan helpen.

Realiseer je wel, dit gaat niet vanzelf. Het antwoord vinden op die vraag kost tijd. Je bakseltje bekt in den beginne nog niet helemaal lekker, hoe vaker je een variant maakt, en ja, dat gaat je op je systeem werken, des te vaker zul je je beslag tegen het plafond zien kleven. Ik was al wielrenner dus dat scheelt, maar geloof mij, ik heb afgezien. Meer nog na mijn carrière dan in het zadel zelf. Velen laten hun recept na een tijd ongeroerd of smijten het weg, doei! Het lukt niet, ik kan het niet, dus het zal wel niet mijn passie zijn.

Lees deze eens hardop:

In maart 1962 geeft Clare Boothe Luce, een van de eerste vrouwen in het Amerikaanse congres, een advies aan president John F. Kennedy. ‘Een geweldige man kun je samenvatten in een zin’, zegt ze. Die van Abraham Lincoln luidt: ‘Hij behield de unie en bevrijdde de slaven.’ Die van Franklin Roosevelt: ‘Hij tilde ons uit een grote depressie en hielp ons een wereldoorlog te winnen.’ Kennedy bemoeit zich in haar ogen met zoveel dingen tegelijk, dat zijn leven niet in een zin, maar in een warrige bladzijde lijkt te ontaarden. Dus zegt ze tegen JFK: ‘Ik vraag mij af met welke zin ik u zal typeren als ik hier de deur uitloop’.

Iemand met een duidelijk en sterk doel kun je omschrijven in een zin. Een destillaat uit je formule. Duidelijk, beknopt en direct. Zonder afleidingen of zijstraatjes naar links en rechts of omhoog. Aangepast aan de dan geldende omstandigheden. In zo’n zin wil je jouw streven overbrengen, en jij doet er alles aan dat te bereiken. Noem het een persoonlijke merkbelofte. Je eigen missie. Ik heb het al vaker meegemaakt dat als ik de mijne uitsprak mensen zeiden: ‘’Zo dan, dat komt er zo uitrollen’’. Oftewel, daar sta ik achter en komt authentiek over. Dat raakt meteen.
Hoe ik wil dat mensen mij herinneren? Dat ze iets waardevols geleerd hebben vanuit mijn eigen ervaringen. Wat vind ik belangrijk? Dat ze een beter leven krijgen. Welke verandering wil ik losmaken? Verborgen blokkades opsporen en oplossen zodat ze hun levenspad kunnen vervolgen.

Als je nadenkt over de zin van jouw leven, over je purpose, je missie, je drive, whatever, dan kun je het beste beginnen met de vraag: hoe luidt mijn zin. Het antwoord vormt het fundament van je doen, en je verhalen. In dat gedrag zit als het ware je drive in beklonken.

Al bij zinnen gekomen? Zin erin gekregen?
Check dan nog ff mijn profiel

J:STK:P

BEYOND COMMUNICATION
Scroll to Top